De engel van Aosta

De oversteek van de Zwitserse Alpen naar de Italiaanse Aostavallei is zo spectaculair dat je amper beseft dat je de grens oversteekt. Tot je de eerste pittoreske Noord-Italiaanse dorpjes binnenstapt en prompt verliefd wordt.

Op de afgebladderde pastelgevels met oude luiken en hun netjes afgemeten schaduwen. Op de smalle draaitrapjes in natuursteen en de hobbelige stegen doorheen het kleine labyrint. Op de kleurrijke bloemen en terracotta potten voor elk raam. De verschillende lagen zachte gordijnen die plagerig spelen met de wind. Op de waslijnen vol kleuren, gerangschikt op maat, en de satijnen verleiding van geparfumeerde lingerie. Uit open deuren ontsnapt het aroma van doppio espresso en verse focaccio. De rook van zware sigaretten en hun hun verbrande filter op het terras neem je er gewoon bij.

De liefde blijkt wederzijds: ook Italië houdt van haar pelgrims. Langs de rand van de weg wijst een houten pelgrim naar een gevulde tafel met koffie, koekjes en flesjes water in een emmer. Geschilderde borden in bijna verlaten gehuchten verwelkomen de pelgrim in verschillende talen. In vele dorpen langs de Via Francigena houdt de priester een ostello open waar je aan zacht prijsje kunt overnachten. Voelde ik me een rugzaktoerist in België, een solitaire vagebond in Frankrijk en een wandelende portefeuille in Zwitserland, in Italië mag ik volop pelgrim zijn.

Carlota

De ochtend kleurt de vallei goudgeel. Net wanneer ik op een uitkijkpunt al dat goud absorbeer, snelt achter mij een engel voorbij. Een half uur later zie ik haar terug, vanuit vogelperspectief. Dat is het voordeel van verkeerd te stappen. Zij volgt secuur het juiste pad naar de vallei. Ik stap naast haar, op een paar honderd meter afstand. Op de verkeerde, wat hoger gelegen parallelweg op de heuvelflank.

Zelfs van op een afstandje valt ze op. Het blijkt een heel mooie, gracieuze engel. Ze verstopt haar vleugels sierlijk tussen haar smalle rug en haar gedrongen rugzak. Haar bruine krullen wiegen zachtjes mee op het lichte ritme van haar schoenen. Haar zonnebril staat haar charmant, de aanstekelijke glimlach eronder nog beter.

Wanneer we elkaar wat later weer kruisen, blijkt Spaans de voertaal van engelen. Carlota is 31, komt uit Zaragoza en woont in Barcelona. Ze is gespecialiseerd ziekenhuisapotheker, zetelt als expert in verschillende commissies maar is de druk van de farmaceutische sector beu. Dus gaf ze een paar weken geleden haar werk op, in de twee grootste ziekenhuizen in Barcelona. En stapt ze net als mij een nieuw professioneel hoofdstuk in. Ook al heeft ze nog geen flauw benul van welk pad ze uiteindelijk wil inslaan. 

The fool on the hill

Stapte ik twee maanden lang helemaal alleen, brengen we nu een volledige week samen door. Want Carlota is niet alleen aangenaam gezelschap, ze is ook enorm grappig en intelligent. Ook zij neemt volop de tijd en geniet van de verrassingen die de weg ons biedt. Zoals haar host Egidio die haar plots opbelt en afspreekt op een terras om haar haar vergeten busje shampoo te bezorgen. In plaats van een espresso trakteert hij ons op meerdere glazen prosecco. Waarna we onder een stevige zon met een misschien iets té brede glimlach de steile klim aanvatten.

Wat later zien we op de top van de heuvel een getuned wit busje met zonnepanelen en scheve trekhaak. Daarvoor poseert een blote vent met zwart boxershort die op een vreemde manier naar ons grijnst. Juan-Luca, aangenaam. The fool on the hill spreekt tien talen, reisde de wereld rond als trucker en vertelt uitgebreid over de opleiding van politiehonden, Moeder Teresa en de Italiaanse maffia. Gaat vervolgens over op taal, geloof en het belang van onafhankelijkheid. Heel geïnteresseerd wil hij met mij beste vriendjes worden, maar hij vraagt uiteindelijk alleen naar het mailadres van Carlota.

Een dikke 150 kilometer stappen we samen, Carlota en ik. Eerst de groene vallei uit langs hellende wijngaarden en oude pilaren, dan onder een gietende regen de natte rijstvelden vol muggen door. Onder een tropische stortregen spurten we ‘s avonds door het historisch centrum van Vercelli, gewoon om een ijsje te proeven bij GROM.

Ghost towns

Aan het kasteel van Bard zet ik op mijn credenziale een stempel van een spook, dat ons een hele week lang achtervolgt in verlaten boerderijen en afgebrokkelde ghost towns. Wat we uitzweten in de vochtige middaghitte van Piemonte, compenseren we met fris water uit de vele fonteintjes. We branden witte kaarsen in gekleurde kerken, keuren pizza’s en piazza’s. Testen alle zoete brioches uit in ochtendlijke pasticcherias en zwemmen bij een mooie zonsondergang in het opgewarmde meer van Viverone.

De 79-jarige Pierro Angelo in Santhià trekt ons zijn boerderij in en toont fier de 12 kuikens die achter mama eend aan huppelen. We spreken geen woord Italiaans maar begrijpen wel zijn geniepige verhaal over de affaire met zijn minnares. De gluiperd zal op eigen houtje nooit in de hemel geraken, zegt hij zelf, dus of we voor hem misschien een kaarsje kunnen branden in Rome?

Elk dorp heeft zijn lokale heilige, de kleurrijke vlaggetjes suggereren overal wel een feest. Een stoet trekt aan ons voorbij in Monjovet, we botsen op een festival in Garlasco, we stoten op religieuze feesten voor San Rocco en krijgen ook enthousiast kermisplezier – helaas – onder het raam van ons ostello. In Pavia blaast de natte avondwind fris tegen onze blote pelgrimsbenen, het houdt het vuurwerk boven de Ponte Coperto niet tegen, waarmee we een fantastische week afsluiten.

Kippenvel

Soms moet je ook van een engel afscheid nemen. Pavia is zo mooi dat ik er een extra dag wil blijven om verder door de stad te dwalen. Carlota moet tijdig aankomen in Rome zodat ze naar Zaragoza kan om de grote parade van El Pilar te vieren. Het afscheid voelt vreemd. Een week nomadisch samen voelt als een jaar intense vriendschap. Aan de rand van Pavia bestellen we een ongezond afscheidsontbijt. Daarna spreidt de engel haar vleugels, gordt ze haar rugzak om en trekt verder zuidwaarts. Ik keer de stad weer in, dwaal door de gangen van de universiteit, en daarna door de andere buurten. 

Het waren prachtige weken met prachtige mensen. Terwijl de zon achter de brug haar laatste stralen over de rivier drapeert, waait een frisse avondbries over mijn tafel op de oever. Het resultaat is kippenvel. Van schoonheid, dankbaarheid en misschien ook een lichte blues. Maar de fijne souvenirs houden me lekker warm en stomen me klaar voor een volgend reishoofdstuk.

Wat zal de nieuwe week me brengen? 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven