Boeken van mijn leven #4: F. Nietzsche – De vrolijke wetenschap

Ik weet niet of het een goed idee was, wellicht was het er geen. Maar tijdens mijn universiteitsjaren las ik Nietzsche. Niet één aforisme, niet één boek, maar zijn volledig werk. De hele serie van De Arbeiderspers.

Nietzsche heeft in die jaren mijn denken zwaar beïnvloed. De ‘filosoof met de hamer’ is helemaal niet de destructieve denker waar hij vaak voor doorgaat. Zijn hamer is er een zoals die van een dokter. Die eventjes tegen je been tikt om te zien hoe je daarop reageert.

De filosoof leerde mij relativeren. Meer relativeren. Te veel relativeren zelfs, op een bepaald ogenblik. Hij schreef vaak over dezelfde onderwerpen, sprak zich schijnbaar voortdurend tegen. Dat was omdat hij alles vanuit verschillende kanten belichtte. Meerdere waarheden tegelijkertijd: alles blijkt relatief.

Mijn boeken staan vol potloodkrabbels. Onderlijningen, pijltjes, samenvattingen in de marge. Het waren geen leesboeken, het waren wérkboeken. Waarin de nieuwsgierige student antwoorden zocht op het leven. Wist ik toen veel dat je die niet in boeken vindt.

Natuurlijk volgde ik een aparte cursus over mijn idool. Bij Erik Oger, notoir Nietzsche-kenner en een beetje het enfant-terrible van de UA. Net voor het examen dronk ik twee pinten in het studentencafé, voor een goede bierlucht, ik nam ook vijf boeken mee. Het examen duurde dubbel zo lang, het was een boeiend gesprek. Triomf alom toen Oger zelf één van zijn boeken opensloeg en in potlood iets in de kantlijn kribbelde.

Het was mijn enige 20 op 20 aan de unief. 

.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven