Zelden was ik zo blij met een dt-fout.
Mijn vroegere collega S schreef op LinkedIn een lange update. Verrassend, want verbaal was hij altijd veel sterker dan op papier. Maar het was opvallend vlot geschreven, goed gestructureerd en vooral …
Glad, spiegelglad. Zo gepolijst als alleen ChatGPT dat kan. De persoonlijke anekdote voor de verplichte storytelling, de overdreven emoties (“trots, dankbaar en enthousiast dat ik…”), de te creatieve emoji’s, de “waardevolle les” die hij had geleerd en het typische “Laat het weten in de reacties” — ChatGPT op zijn best.
Jammer, vond ik. Dat net S die ik zo apprecieerde om zijn authenticiteit, de robot begon uit te hangen op LinkedIn. Uit respect las ik zijn post toch helemaal uit.
En daar was-ie dan, helemaal aan het eind: “Ik denk dat dit je mogelijk interesseerd.” Met een D! — Die persoonlijke zin had hij in al zijn empathie nog aan het tekstje toegevoegd, de goeierik.
Die dt-fout deed me glimlachen en deed me zelfs deugd. Hier sprak de échte S.
Een sprankeltje menselijkheid in de woordenvloed van het gemaakte perfectionisme.
Was ik vroeger allergisch voor dt-fouten, juich ik ze voortaan alleen nog maar toe.